Bezoekerscentrum Terp Hegebeintum

Op de hoogste terp van Friesland, in Hegebeintum, is een kennis- en informatiecentrum gevestigd. Hegebeintum is niet alleen een bezoekerscentrum voor wandelaars en andere ontdekkers, maar maakt ook deel uit van elf Friese archeologische steunpunten.

In opdracht van dit bezoekerscentrum hebben ontwerper Babke Dekker (Hofmeijer Dekker Ontwerpers), archeoloog Johan van Gent (Stichting Erfgoed & Publiek) en grafisch designer Jos Blomsma (Terwisscha & Wagenaar | Vormburo) de inrichting van een nieuwe, archeologische expositie verzorgd.

De opdracht was een laagdrempelige expositie te ontwerpen die zich – meer dan het oude bezoekercentrum – richt op het duiden van de bijzondere geschiedenis van het gebied en het benutten van de kernkwaliteiten van het terpenland langs de Friese kust – en in het bijzonder in de regio tussen Wad en stad. Een expositie voor een brede doelgroep die op een eigentijdse manier kennismaakt met de cultuurhistorie van het gebied.

Als je de kaart van Nederland inkleurt met de plaatsen waar terpen staan of hebben gestaan, kleurt de provincie Friesland donker van de stipjes. De verhoogde woonheuvel is typisch voor het Friese landschap. In deze terpen, die al sinds de zevende eeuw voor Christus bewoond werden, ligt een rijkdom aan historie verhuld. Over de Friese provincie, en de levenswijzen van onze voorouders.

Het ontwerpteam vond elkaar in hun grote liefde voor het eigen vak en voor Friesland Het ontwerpteam haalt kracht uit hun individuele verschillen en achtergronden. Elk hebben zij een eigen, unieke blik op het project vanuit hun vakgebied en ervaring. Vanuit de archeologische verhaallijn, die archeoloog Johan van Gent tot in de kleinste details uitschreef, creëerde ontwerper Babke Dekker een driedimensionale beleving. Vorm-, kleur- en materiaalgebruik zorgen voor een aangename, uitnodigen- de ruimte om je door die geschiedenis te bewegen. Daar- naast hield Babke als projectleider continu het overzicht en schakelde zij tussen opdrachtgever en ontwerpteam. Jos Blomsma wist de rijkdom aan informatie in een strakke, gedetailleerde grafische vormgeving te passen. Deze leidt de bezoeker op het platte vlak op een logische en intuïtieve manier door de expositie.

De drie leden van het ontwerpteam vonden elkaar niet enkel in hun tomeloze passie voor hun eigen vakgebied, maar ook in hun gedeelde liefde voor Friesland. Van Gent, een geboren Fries, heeft veel kennis van de Friese geschiedenis en landschap. Hij kent een sterke drang om deze kennis, op een toegankelijke manier, bij een zo groot mogelijk publiek te brengen. Ontwerper Babke Dekker is verheugd om sinds 6 jaar te wonen en werken in Friesland, een provincie die haar altijd aansprak met zijn weidsheid en rust. Dekker kwam vol nieuwsgierigheid het archeologische project binnen. Ze hoopt dat haar eigen ontdekkingsreis in de dynamische expositievormgeving doorschemert. Grafisch designer Jos Blomsma heeft zijn wortels in Friesland en een fascinatie voor de wateren en waterbouwkunde van Nederland. Het project in Hegebeintum was ook voor hem een nieuw avontuur in onbekend terrein in zijn thuisprovincie.

“Kleuren als op een zomerse wadloopdag” Waar archeologische exposities volgens het drietal zich meestal kenmerken door donkere kleuren, zwaarte en ernst, is de ruimte in Hegebeintum juist ingericht met lichte, natuur-lijke kleuren en rauwe materialen, zoals hout en metaal. “De kleuren zijn zoals op een mooie vroege zomerdag tijdens het wadlopen,” beschrijft van Gent het kleurenpallet. En juist dat is het doel. Als bezoeker kom je bij wijze van spreken direct het wad afgelopen, de expositie in, die uitnodigend en toegankelijk is. Een natuurlijk verlengstuk van de omgeving, waarin historie en tegenwoordige tijd zich vervlechten.

Een uitdaging was volgens ontwerper Babke Dekker om met een klein budget niet alleen een aansprekend ontwerp te verzorgen, maar ook te antwoorden aan alle condities waarin archeologische vondsten bewaard moeten worden. Bijvoorbeeld de juiste temperatuur en luchtvochtigheid. Uiteindelijk werden onder andere metalen bakken als onder- stel gebruikt voor de talloze vitrines. Een budgettechnisch interessante keuze, die tegelijk de aandacht niet afleidt van de vondsten. Qua stijl zijn de bakken een knipoog naar de inrichting van de depots van musea en archeologische depots, waar uiteindelijk bijna alle archeologie eindigt.

Drie thema’s, drie personages De expositie vertelt in feite drie verhalen: het verhaal van de vroegmiddeleeuwse grafcultuur, het verhaal van de commerciële terpafgravingen die aan het begin van de 20ste eeuw plaatsvonden vanwege de vruchtbare terpaarde, en het verhaal van de archeologen die sinds dat moment alles in het werk stelden om vondsten te bergen en historie te ontrafelen.
De thema’s worden aaneengeregen aan de hand van drie mensen, die op verschillende momenten in de tijd iets met de terp van Hegebeintum te maken hebben gehad. De eer- ste is een vrouw uit de vroege middeleeuwen, van wie het graf daadwerkelijk in de terp van Hegebeintum is gevonden. De tweede een terparbeider die voor een hongerloon de terp moest afgraven. En de derde een archeoloog die in de jaren ’80 opgravingen deed bij Hegebeintum. Levensgrote afbeeldingen van deze personages hangen als beweegbare luiken in het midden van de tentoonstelling; aan de achterkant staat hun verhaal.

Verhalen om jezelf in te herkennen De vondsten, die tentoongesteld zijn, zijn niet enkel pronkstukken, maar spreken juist zoveel mogelijk over het dagelijkse leven van vroeger. Zo liggen er in een vitrine minuscule botjes. “In een andere expositie waren die misschien afgedaan als oninteressant,” zegt van Gent. “Maar wij hebben er juist voor gekozen ze te laten zien. Hoe klein ook.”

Het zijn de botjes van een strandlopertje, een kleine vogel. Gevonden in een graf van de terp. Het verhaal erbij vertelt over de mensen die de veren van dit vogeltje gebruikten om de overledene mee te versieren: op de kleding, in het haar. Meer dan tot technische beschrijvingen van archeologische vondsten; kunnen bezoekers zich tot zulke verhalen werkelijk verhouden. In een lage vitrine wordt een skelet getoond, afkomstig uit een van de graven van de twee nabijgelegen vroegmiddeleeuwse grafvelden. Niet klinisch en opzichzelfstaand, maar juist precies op de manier waarop het in het graf gevonden is: met alle persoonlijke objecten er nog aan vastgehecht, of er omheen gelegd. Een bronzen armbandje bungelt zo rond de pols. De groene uitslag ervan is zelfs tot in het armbot doorgedrongen. Aangezien het skelet mannelijke kenmerken heeft, maar de objecten erbij meer traditioneel vrouwelijke, rijst ook de vraag die in de expositie expliciet gesteld wordt: wie was deze persoon, die afweek van de norm?

De boorkern van 12 meter: met elke meter een stapje de geschiedenis in Een centraal stuk in de expositie is de boorkern van de terp; een 12-meter lange en 10 cm brede doorsnede van de heuvel. Hoewel archeologisch zeer interessant, was de uitdaging om het ook aansprekend voor het publiek te maken. Een ellenlange strook aarde is dat niet vanzelfsprekend, voor het blote oog. Dat bracht de ontwerpers ten eerste op het idee om een tijdlijn langs de boorkern te leggen, waarop exact te zien is welk grondlaag uit welke tijd stamt. Met elke meter die je loopt, stap je verder terug de tijd in.

De inhoud van de boorkern wordt tot leven gewekt door de verklarende objecten die eromheen zijn geplaatst. Van 2D kaartmateriaal tot 3D henneptouw, dat je echt aan mag raken. Van echte vondsten uit de boorkern in een minivitrine tot een gestoken zode van de kwelder of een opgezette strandloper. Door het kleurgebruik en lettertypes van grafisch vormgever Jos Blomsma ontstaat er hiërarchie in de tekstbordjes: geel en blauw als hoofdlijnen, wit voor meer diepgaande info.

Depot van het historische terplandschap In het Kennis-en ynformaasjesintrum Hegebeintum stap je uit het Friese landschap van nu, momenten uit de geschiedenis van Friesland binnen. Het ontwerp van de ruimte is dienend aan de inhoud, en is op te vatten als een soort depot van hetgeen dat buiten, in het historische landschap te vinden is.

Naast de vaste archeologische expositie, organiseren partners van het bezoekerscentrum, zoals de Stichting Alde Fryske Tjerken, It Fryske Gea en Wetterskip Fryslân, hier o.a. lezingen en wisselende exposities.


Fotografie hoofdpersonen: Erikjan Koopmans & Sasia Wagenvoort
Reconstructies: ARRE Remaining History
Meubelwerk: Interemm Interieur-en Standbouw
Grafisch: ZWF Bolsward
Multimedia: Present-it
Architectuur TWA architecten
Fotocredits: Erikjan Koopmans